Gisteren was ik aanwezig bij het All Inclusive congres van het Kennisconsortium Destigmatisering en Sociale Inclusie. Dat is een mond vol, maar houdt in dat het congres ging over stigma’s die rondom psychische problematieken hangen. Ik heb er veel geleerd en leuke mensen ontmoet, en gedurende de dag bleek steeds weer dat woordkeuze erg belangrijk is, dus ik ga mijn best doen in deze blog…
Verschillende soorten stigma’s
Nu weet ik natuurlijk al best wat over de gevolgen van een stigma, maar het was fijn om eens gewoon te kunnen luisteren en leren. Wist je bijvoorbeeld dat er verschillende soorten stigma’s bestaan? Er zijn stigma’s vanuit de maatschappij, bijv. dat mensen denken dat iedere Touretter vloekt. Maar er is ook sprake van stigma’s binnen de gezondheidszorg, bijv. wanneer een behandelaar klachten niet serieus neemt omdat ze er nog geen ervaring mee heeft. En dan bestaat er ook nog zelfstigma. Dat kan zijn dat je denkt dat je minder waard bent, omdat je een psychische aandoening hebt. Of dat je geen antidepressiva wil slikken omdat je vindt dat je ‘je depressie zelf moet oplossen’. Dat laatste wordt vaak ook weer versterkt doordat behandelaars en de maatschappij dit bevestigen.
Een holistische kijk op behandeling
Tijdens het ochtendprogramma was er een presentatie van psychiater Floor Scheepers en ervaringsdeskundige Annemiek Lely, die te maken heeft met terugkerende depressies. Dat was echt heel bijzonder. Ik had echt het idee dat ik naar mijn eigen depressieverhaal aan het luisteren was. Haar hele verhaal, alles wat ze zei; ik was het zelf. Fijne herkenning dus! In haar verhaal benadrukte ze ook het belang van andere elementen dan ‘psychologie’. Gewone, dagelijkse toevoegingen aan je leven. Slapen, meditatie, een huisdier. Maar ook de veiligheid van werk waarbij rekening gehouden wordt met wat je nodig hebt. Dat je even niet hoeft te werken als het echt niet gaat. Iedereen kan haar been breken, en ik word wel eens depressief. Die holistische kijk maakt het verschil.
In de middag waren er twee workshoprondes. Ik heb een workshop over stigmatisering in de media bijgewoond, o.a. door Kees Dijkman van Samen Sterk Zonder Stigma. Er werd o.a. besproken hoe snel een stigma kan ontstaan in de media. En hoe journalisten zich dan vaak schuilen achter “ja, maar het is toch de waarheid?!”. Zo kan er door toedoen van de media bijv. in één adem worden geoordeeld over de moordenaar van Anne Faber en alle andere psychiatrische patiënten van Altrecht. De invloed van de media en hun woordgebruik is enorm.
Lessen
Nog een paar lessen en overdenkingen die ik gedurende de dag opgeschreven heb:
- Stigma binnen de gezondheidszorg werkt de werking van een behandeling tegen.
- GGz cliënten krijgen wel psycho-educatie, maar geen stigma-educatie. Dit moet anders.
- Volgens het DSM heb je een aandoening wel of niet. Hersenen werken zo niet.
- Welzijn en zorg worden in onze maatschappij ingericht op basis van hoe het geld geregeld is, niet andersom. Dat klopt niet.
- In plaats van intakes zouden we assessments moeten doen: maak een volledig profiel van een persoon, met krachten en kwetsbaarheden. Op die manier kun je in het herstel werken naar iemands kracht en de krachten gebruiken bij het herstel.
- Als iets snel moet, dan denk je niet goed na en verval je in stereotypen. Dat mag. Maar stereotypen kunnen leiden tot stigma. Ben je hiervan bewust als je iets ‘even snel’ wil doen.
Tot slot een mooie metafoor van theatermaker Sven Unik-ID:
“We hebben allemaal een blikopener. Dan moeten we de blik van mensen die het niet begrijpen toch kunnen openen?! Maar onthoud wel: als een blik leeg is, hoort het bij het afval.”